Bekende onbekenden
maandag 29 september 2008Het is hier altijd druk. Heen en terug. Fietsers die twee richtingen uitgaan, mensen die de pont op- en afgaan en daarom midden op het fietspad afremmen, reizigers die het station uitkomen en met gevaar voor eigen leven het fietspad over proberen te steken, want net als de fietsers remmen ook de scooters niet af. Chaos. Geen tijd voor rustige, bespiegelende gedachten. Alleen maar opletten.
En dan ineens een bekend gezicht. Ik herken de jas, de houding. ‘Moeder!’ roep ik. Moeder voelt zich moeder genoeg om om te kijken en herkent haar kind. Raar, om elkaar onverwacht tegen te komen. Dus zo zien we eruit als je ons in het wild tegenkomt. Zonder vooropgezet plan, zonder afspraak die minstens een week daarvoor al is gemaakt. Zij gaat naar de film, ik ga sporten. Even kruisen onze levens elkaar.
Dan meng ik me weer tussen de fietsers, kan veiligheidshalve niet meer achterom kijken. Moeder verandert terug in een onbekende en ik word weer een gewoon fietsend meisje dat zich een weg baant door de drukte. We zijn niemands kind meer, niemands moeder.