Hoe het was, toen
woensdag 5 mei 2010Of dit: Opa’s en oma’s vertellen aan hun kleinkinderen hoe het was om kind te zijn in de oorlog. Frans Bromet stuurt het verhaal, de kleinkinderen luisteren en durven soms nog een aanvullende vraag te stellen. Het zijn echte kinderen van nu, een jaar of zestien. Ze luisteren aandachtig, en voelen zich onhandig. Weten niet precies hoe te reageren. ‘Kun jij je dat voorstellen?’ zaagt Frans een van de kinderen. Het meisje antwoordt ontkennend. Ze zegt: ‘Ik weet niet hoe het is om mijn ouders te moeten missen, dus nee, ik kan het me niet voorstellen.’ De opa kijkt haar liefdevol aan. Hij zegt ‘dat is maar goed ook.’
Soms worden de opa’s en oma’s emotioneel als ze vertellen over vaders en moeders die van de ene op de andere dag weg zijn, vriendjes die worden meegenomen. Ze pinken tranen weg, slikken brokken door. De kleinkinderen schuiven ongemakkelijk heen en weer. Kijken hun opa’s en oma’s even aan, en kijken dan snel weer weg. Twijfelen tussen opstaan en zittenblijven.
Een opa laat een foto van zijn verdwenen vader zien. ‘Jouw overgrootvader’, zegt hij, ‘dat klinkt gek.’ Ze zijn weer kind van, en worden plots geconfronteerd met generaties later.