Archief van augustus 2008

De dood en andere dingen

dinsdag 19 augustus 2008

‘Ben jij wel eens naar een begrafenis geweest? Ik was er ook nog nooit geweest. Ik ben zo geschrokken gisteren. Ik had wel gedacht dat het érg was wat ik te zien zou krijgen, maar ik dacht dat het eruit zou zien alsof-ie sliep. Maar dat was helemaal niet waar. Hij had zo’n rare kleur, echt alsof al het leven eruit was.’

Stilte. Ze slurpt haar milkshake leeg. Hij trekt een rare bek.
‘Ik heb een toe-toe-toeter.’
‘Op m’n waterscooter.’
Ze lachen.
‘Wil je een kauwgumpje?’
‘Twee calorieen per stuk he.’

Eer

maandag 11 augustus 2008

Natuurlijk ben ik vereerd. Van twee kanten een award toegeschoven krijgen en zelf vakantie vieren, er zijn ergere dingen. Dus dank Pironik en Elsje. Maar dan…blijkt de award doorgestuurd te moeten worden naar maar liefst zeven anderen én moet er een plaatje van de ‘Brillante Weblog 2008′ geplaatst worden. En zo word ik gelijk met een probleem opgezadeld.

Want 1 – ik ben niet zo’n heel frequent bloglezer en teruggeven is al te makkelijk en 2- dat is waarschijnlijk moeilijk te geloven, maar hoe genant ook, ik ga het toch bekennen: Ik weet niet hoe ik een plaatje moet plaatsen.

Daar. Nu weten jullie het. Dat zijn in een keer meer ontboezemingen dan ik in ruim dertig jaar gedaan heb; een mens moet z’n mysteries zien te behouden.

Toen bedacht ik me nog iets: als die award/dat plaatje aan zeven mensen doorgegeven moet worden, dan spreidt het onderscheiden zich als een olievlek uit en kan straks niemand meer zeggen dat ie vereerd is, simpelweg omdat iedereen dan al onderscheiden is, wat een fraaie contradictio in terminis oplevert.

Ik ga dus nu iets heel altruistisch doen: ik houd ‘m.

Buren in den vreemde

zaterdag 9 augustus 2008

Weer terug en de laatste restjes vakantiegevoel hangen nog in de lucht; toeristen dwalen rond in de stad, de rollen zijn omgedraaid en ik heb de functie van bewoner weer terug ingenomen. Iets meer begrip opgebracht voor dat ronddolen, dat overal om zich heen kijken, dat langzame lopen, en altijd maar die flesjes water bij de hand.

Naast ons zet een Duits echtpaar dat sinds lang met elkaar verbonden is hun tent op. Zij wat onhandig, grijpt hier en daar een stok, hij geirriteerd. ‘Mensch!’ ontvalt het hem. Wat later: ‘houd die stokken nou gewoon eens vast zonder ze te bewegen, ik heb het nu al dertig keer gezegd!’. Zij maant hem zachtjes tot stilte, want de buren.

De buren aan de andere kant bewonen een megalomane witte camper en zijn ook Duits. Man, vrouw, een – het kan niet anders – inwonende zoon van een jaar of dertig, en een zwakbegaafd meisje dat door haar moeder overal naartoe begeleid wordt. Als ze even niets te doen heeft, staat ze naast de deur van de camper, haar handen op haar rug, het hoofd nederig naar beneden gebogen. Ze beweegt zich niet. Als de camper helemaal is ingericht voor z’n nieuwe verblijfplaats, zet moeder buiten een cake op tafel en vier bordjes.

Op een andere plek wordt een mooi retro volkwagenbusje dat stukken ouder is dan het busje dat ons over de Noorse wegen voert, onze buurbus. De busjes staan gebroederlijk naast elkaar en voeren gesprekken over hun uiterlijk, inhoud, kwaliteiten, types, en wat ze nou zoal kosten. De retro versie wordt bewoond door een Brits gezin met twee zoontjes tussen de twee en vier jaar. Het regent inmiddels onophoudelijk en het dak van hun busje, dat niet omhoog kan, laat water door. De jongetjes stampen met hun laarzen door de plassen en willen vissen. Dat mag. Ze hebben in krap een maand tijd met dit busje door heel Noord-Europa gereden, en elke nacht sliepen ze gevieren op het krappe bed dat de bankjes ’s avonds vormen. We bewonderen het gemak om het leven zo te kunnen leiden.

En is vakantie misschien ook wel daarvoor bedoeld? Hoe blij eenmaal weer thuis met eigen bed, ruimte, badkamer en keuken?