Ondertussen aan de andere kant van de spoorweg

dinsdag 13 mei 2008

Wat je niet ziet als je in de dagelijkse trein zit tussen stad en stad, maar wel als je de kilometers voor de verandering eens te fiets aflegt. In je hoofd zingt de eenzame fietser.

Een zongebruinde man, gouden ketting en al had had hij er geen, dan had hij er een kunnen hebben, op een bromfiets. Een rieten mand aan de zijkant en daarin een oud, grijs, krullerig hondje, snuitje in de wind. En dan: hee, het zijn twee hondjes.

Twee gehemde vrouwen – hoe oerhollands – die met een verrekijker naar een jong meerkoetje in een sloot kijken. Gouden zonnebrillen op hun neuzen.

Een man met een ontbloot bovenlichaam die bij een recreatieplas van de zon geniet, naast een openstaande autodeur. En dat de auto een bedrijfsauto blijkt te zijn waarop staat ‘Environment inspires’.

Een bijna geheel verlaten parkeerplaats, ingeklemd tussen fietspad, voetbalveld en industrieterrein. Niet te zien vanuit de trein of de auto. Verweerde klinkers met gras ertussen. Er staat welgeteld één auto, donkerrood. En dat naast die auto, op die verder geheel verlaten parkeerplaats, een man tuba staat te spelen.

Hoe luid en eindelijk eens gemeend het applaus.

4 reacties:

  1. elsje:

    als je dit eenmaal hebt meegemaakt dan stap je toch nooit meer in die trein!

  2. maarten:

    … een man tuba staat te spelen. Surrealistisch beeld.

    Het kan natuurlijk ook zijn dat hij niet meer thuis mocht oefenen van zijn vrouw.

  3. Plien:

    Mooi Lijn. Echt zomers!

  4. lotte:

    mooi!

Plaats een reactie