In ’t dreupelkot

zondag 3 februari 2008

Het begon zo gezellig aan de bar in Pols dreupelkot. We begonnen maar eens met een gemberjenever. Naast ons zat een jongen met een dubbel glas van een jeneversoort, en daarbij rookte hij een sigaar. Hij was er niet het type voor. ‘Excuses voor de sigaar’, zei hij vriendelijk. ‘Ach’, zei ik. ‘Genieten mag. Maar ik houd inderdaad niet van sigaren, dat klopt.’ ‘Zie je wel’, zei hij, daarom excuseer ik mij.’ Voor hem, onder de bar, hingen aan een haakje een paar plastic tasjes. Hij had kleren gekocht, vier oesters en een vis. Niet zomaar een vis, maar een barbeel. ‘Ik denk dat ik ‘m klaarmaak met spinazie en munt erin, en couscous erbij. ‘Lekker’, dachten ook wij.

Ineens moest hij weg. ‘Letten jullie even op mijn tassen, ik ben zo terug. Bestel maar een jenever op mijn kosten, hazelnoot is lekker.’ ‘Moet je vis niet mee?’ wilde ik nog zeggen maar hij was al weg. We bestelden twee bloedsinaasappeljenever van het tientje dat hij bij ons had achtergelaten. En na tien minuten was hij weer terug. Hij bestelde nieuwe jenevers, deze keer ook dubbele voor ons.

Weer moest er hoognodig iets ondernomen worden. Hij stond op en liet zijn tassen weer bij ons achter. We dachten aan de arme barbeel die in plaats van gebakken te worden, nu hing te roken onder aan een bar. De jongen keerde terug met een vel briefpapier en een bijpassende envelop. `Ga je een brief schrijven?´ vroegen we verheugd. De brief was voor zijn grootvader bestemd. Hij vertelde een verhaal met veel geboortedata over drie zonen waarvan er een was overleden. Dat was zijn vader. De jongen leek meer tegen zichzelf te praten dan tegen ons. Toen hij iets aan wilde wijzen, verloor hij bijna zijn evenwicht.

´Wil je wat water?´ boden we aan, maar hij liet het flesje op de grond vallen en bestelde nieuwe jenever. Het leek ons niet verstandig, maar hij luisterde niet. Pol keek hoofdschuddend toe vanachter de bar maar hij schonk toch een nieuwe in. We voelden ons met elke slok nuchterder worden. De jongen sprak niet meer, maar begon nu te fluiten en te zingen.

´It´s not going to stop
It´s not going to stop.´

Aimee Mann, zeiden we tegen elkaar, verrast door de onverwachte wending. We werden er wat treurig van, want de jongen leek niet op een barfly die zijn leven in rap tempo wegdronk. Toen hij op wilde staan, viel hij achterover op de grond. Iedereen keek nu onze richting op. Pol trok de jongen omhoog en zette hem terug op de kruk. Met zijn hoofd op de bar geleund keek de jongen ons aan. Hij glimlachte. In zijn mondhoeken zat kwijl.

Aangestaard door het hele dreupelkot, hoe kunnen jullie je vriend zo achterlaten, zochten we de uitgang.

You think
one drink
will shrink you ´till you´re underground*.

Maar zelfs met meer dan een drankje was hij niet verder gekomen dan de vloer van het dreupelkot.

* Wise up / Aimee Mann

3 reacties:

  1. pironik:

    naar gent geweest?

  2. merlijn:

    Jazeker, dat is wel duidelijk zo he!

  3. Ina:

    Puur genieten, dat carnaval!

Plaats een reactie